Onthaast je langzaam. Keer terug in de tijd. Loop langs het tuinpad van de tijd. Mijd het ritme van een dolgedraaide, niet te stoppen trein, van het moderne leven. Rij langs korenvelden, op wegen ouder dan de tijd van het ene kunstwerk naar het andere. Leer houden van de wind. Laat je drijven op de wind. Laat de zon in je dringen, laat zachte regens van je druipen. Warm je bij open haardvuur.

Onthaast je, stap uit de mallemolen van het leven, en kijk naar de molen, die alsmaar verder draait.

Verlaat snelle wegen en trage files. Kijk naar een kat die zich over de oren wast. Kijk naar de wolken die voortjagen. De snelheid waarmee de wind de bladeren beroert.

De elementen: water, vuur, lucht en aarde rondom je heen. Zaai het graan in vers doorkliefde aarde. Laat het rijpe koren reiken naar de lucht. Geef de molen wind. Laat het water het graan zwellen in de aarde. Stook het vuur, heet de oven, en bak ons brood.

Onthaast je langzaam, veer vroeg op weg, en zoek naar de oorsprong van je brood. Neem wegen waar Kelten en Romeinen ons zijn voor gegaan. Kijk naar de laatste boer, het laatste koren, het laatste malen, de nieuwe molens, en zij daarbinnen die de cirkel rond houden.

Duizend jaar lang , wiegend op de wind, met vers gescherpte stenen, vers gevette raderen, ijzers geklauwd, weerhaan kop in de wind. Bekijk de ranke stellingmolen, de beltmolen, open en gesloten standaard molens, volg de molenbeek en het rad, en vooral haast je o zo langzaam.

Onthaasten: even uit de sneltrein van het leven, even heel even de boemel van toen ervaren.